De instelling die over de WIA-keuring gaat, is het UWV. Daar wordt gekeken of u recht hebt op een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Een WIA-uitkering moet u zelf aanvragen wanneer de wettelijke loondoorbetalingstermijn van 104 weken bijna verloopt. Na anderhalf jaar ontvangt u daarover een brief van het UWV en doorgaans moet u de aanvraag indienen vóór de 91ste week.

Het UWV gaat eerst na of de werkgever en de werknemer voldoende gedaan hebben aan re-integratie. Aan het einde van het tweede ziektejaar wordt er een re-integratieverslag gemaakt. Het UWV beoordeelt op basis van dit verslag of de werkgever en werknemer voldoende inspanningen hebben verricht. Dit wordt de “poortwachterstoets” genoemd. Bij deze toets staat het resultaat voorop. Het UWV acht het resultaat bevredigend als de werknemer na twee jaar ziekte in een functie werkt die aansluit bij zijn resterende functionele mogelijkheden, of in een functie waarin hij minimaal 65% van het eerdere loon verdient. Als hieraan is voldaan, wordt de WIA-aanvraag in behandeling genomen.

Als het resultaat onbevredigend is doordat de werkgever zich onvoldoende heeft ingespannen dan wordt de WIA-aanvraag opgeschort en legt het UWV de werkgever een loonsanctie op. Door deze sanctie wordt de loondoorbetalingsplicht van de werkgever met maximaal 52 weken verlengd. Als het resultaat onbevredigend is doordat de werknemer zich niet voldoende heeft ingespannen, wordt zijn WIA-uitkering tijdelijk verlaagd.

Als de betrokken partijen voldoende inspanning hebben geleverd om de werknemer aan de slag te krijgen en de behoefte aan een arbeidsongeschiktheidsuitkering blijft desondanks bestaan, dan nodigt het UWV de werknemer uit voor een onderzoek. De WIA-keuring bestaat uit drie onderdelen:

  • Er vindt eerst een gesprek plaats met de verzekeringsarts van het UWV en wanneer nodig, ook een uitgebreid onderzoek. In dit eerste deel van de WIA-keuring wordt gekeken wat precies de beperkingen zijn die het gevolg zijn van de ziekte of aandoening. Het kan zijn dat de verzekeringsarts al direct de werknemer aanmerkt als volledig arbeidsongeschikt maar meestal worden ook de volgende onderdelen van de WIA-keuring doorlopen.
  • Na het gesprek en/of onderzoek bij de verzekeringsarts wordt bij de WIA-keuring de situatie bekeken door een arbeidsdeskundige. Deze gaat na welke functies er nog mogelijk zijn met de beperkingen die de verzekeringsarts heeft vastgesteld. Uit de geselecteerde functies moet de arbeidsdeskundige minimaal 3 functies kiezen. Deze functies moeten samen minimaal 9 arbeidsplaatsen vertegenwoordigen. Het loon van de middelste functie is het loon dat de arbeidsongeschikte in theorie nog kan verdienen. Dit wordt zijn “restverdiencapaciteit” genoemd.
  • Op basis van de mate dat de verdiencapaciteit is verminderd, wordt de arbeidsongeschiktheid vastgesteld.

Als de arbeidsdeskundige niet minimaal drie functies kan vinden die de werknemer nog gewoon uit zou kunnen voeren dan geldt de werknemer als volledig arbeidsongeschikt. Voor iedereen die gedeeltelijk arbeidsongeschikt is, wordt op basis van de functies die hij of zij nog uit zou kunnen voeren het arbeidsongeschiktheidspercentage vastgesteld.

Mocht u het niet eens zijn met de uitkomst van de WIA-keuring, dan heeft u de mogelijkheid om bezwaar te maken tegen de uitslag. Dit moet doorgaans binnen zes weken gebeuren.