Je hebt samen met je ex-partner een lening afgesloten waarvoor jullie allebei garant staan. De bank kan jullie beiden dus voor het hele bedrag aanspreken. De bank dreigt zelfs met executie van jouw vermogensbestanddelen zoals de koopwoning. De bank wil het uitgeleende geld terug en wie het betaald doet er voor de bank niet toe. Bij jouw ex valt weinig te halen aangezien hij geen vermogen en geen baan heeft. 
 
Dus betaal jij de hele schuld om de bank op afstand te houden, terwijl de afspraak is dat jullie ieders de helft van de schuld voor rekening zou nemen. Jouw ex profiteert in dit geval van de keuzevrijheid van de bank. Die weet immers waar iets te halen valt, en dat is duidelijk niet bij jouw ex-partner. Komt jouw ex hier zomaar mee weg, aangezien de schuld bij de bank is voldaan en er geen schuld meer bestaat? 
 
De wet heeft ervoor gezorgd dat de persoon die vanwege de vrije keuze van de schuldeiser de dans ontspringt hier niet zomaar mee wegkomt. Weliswaar heeft hij of zij meer tijd om het bedrag te betalen dan wanneer de bank nog in het spel was, want het deel dat de ex-partner voor hem of haar heeft voldaan, kan hij of zij wettelijke gezien terugvorderen bij de ander. 
 

Subrogatie

Een bijzondere vorm van regres is subrogatie. Vorderingen kunnen op verschillende manieren overgaan op een andere eigenaar. Een vordering kan worden overgedragen door bijvoorbeeld verkoop (cessie), een vordering kan overgaan onder algemene titel en een vordering kan overgaan door subrogatie. Bij subrogatie betaalt een ander, bijvoorbeeld de verzekeraar in plaats van de schadeveroorzaker, de (schade)vordering. Normaal gesproken verdwijnt een schuld of een vordering op het moment dat deze schuld of vordering wordt betaald. Subrogatie is een uitzondering op deze hoofdregel. 
 
Door de betaling gaat de (schade)vordering niet verloren, maar gaat zij over van de schuldeiser op de betalende derde (deze overgang van het recht om de vordering te innen wordt "subrogatie" genoemd). Met andere woorden: de vordering gaat van het slachtoffer over naar de verzekeraar die de schade betaald heeft, waardoor de verzekeraar als derde een vordering krijgt op de veroorzaker van de schade. Omdat dit een uitzondering is, zijn de gevallen waarin subrogatie kan plaatsvinden in de wet geregeld. Belangrijk is te weten dat bij subrogatie de schadeveroorzaker of aansprakelijke persoon niet beter of slechter mag worden van de overgang van de vordering. 
 
De schadeveroorzaker/aansprakelijke heeft dus het recht om alle rechten die hij had bij de vorige schuldeiser toe te passen bij de nieuwe schuldeiser. Als dit niet zo zou zijn, zou hij een slechtere positie krijgen. Naast de rechter zullen er ongetwijfeld ook plichten zijn waaraan de schadeveroorzaker/aansprakelijke niet kan onttrekken. Dit is bijvoorbeeld erg belangrijk bij verjaring. Als de vorige schuldeiser vier jaar niets van zich heeft laten horen en de vordering heeft overgedragen aan een ander die zich pas na twee jaar meldt met het verzoek de schade te betalen, dan is de verjaringstermijn van vijf jaar in principe verlopen. 
 
Door het overdragen van een vordering gaat dus GEEN nieuwe termijn lopen. Er gaat wel een nieuwe termijn van vijf jaar lopen wanneer bij de overdracht de termijn gestuit wordt. 

Zelfstandige regresrechten

De schadelijdende partij krijgt echter - met name bij letselschade - ook vaak uit anderen hoofde uitkeringen, waaronder de sociale verzekeringswetten. Aangezien dit geen uitkeringen uit schadeverzekering zijn, vindt geen subrogatie plaats. Om ervoor te zorgen dat de schade uiteindelijk door de aansprakelijke derde wordt gedragen, zijn er in allerlei sociale verzekeringswetten regelingen opgenomen die het uitkerend orgaan de mogelijkheid geeft om de uitkeringen als zelfstandig recht te verhalen op de aansprakelijke partij. 
 
Ook de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen kent een zelfstandige verhaalsregeling in de artikelen 15 en 27. Deze regeling speelt met name een rol in de gevallen waarin de WAM moet uitkeren, terwijl de uiteindelijke fout door een ander is begaan (bijv. onjuist koppelen van een aanhanger door de verhuurder van de aanhanger) of omdat in de polisvoorwaarden een uitsluiting is opgenomen, die niet tegengeworpen mag worden aan het slachtoffer, maar wel aan de bestuurder (bijv. geen dekking als de bestuurder onder invloed van alcohol verkeerde). 

 
Het regresrecht op grond van artikel 6:10 BW

Regres is een logisch uitvloeisel van hoofdelijke aansprakelijkheid. Waar hoofdelijke aansprakelijk betekent dat verschillende schuldenaren hoofdelijk verbonden zijn om de vordering van de schuldeiser te betalen, zorgt het regresrecht ervoor dat de vordering verdeeld wordt onder alle betrokken schuldenaren. 
 
Zonder een regresregeling blijft de aangesproken schuldenaar met de schade zitten en komt de niet aangesproken schuldenaar er goed vanaf. Door de betalende schuldenaar een recht van regres te geven wordt ongerechtvaardigde verrijking van medeschuldenaren voorkomen. Dat is het belangrijkste motief voor deze rechtsfiguur. Het oude BW bood enkel een regeling voor hoofdelijke verbintenissen ingeval van hoofdelijkheid (uit overeenkomst) en ondeelbaarheid.  
 
In 1925 sprak de Hoge Raad zich uit over de redelijkheid van een regresrecht voor de aangesproken schuldenaar bij samenloop uit onrechtmatige daad:  
 
“dat toch (…)ingeval van schade, als gevolg van een onrechtmatige daad bij schuld van meerderen tegenover een onschuldigen derde, ieder der daders voor het geheel tot vergoeding der schade is gehouden, en evenzeer (…) volgt, dat tusschen hen, die voor het geheel tot vergoeding der geheel veroorzaakte schade verplicht zijn, onderlinge regresplicht bestaat; dat dit reeds hierom moet worden aangenomen, omdat de wetgever niet kan hebben gewild dat het aan den gelaedeerde vrij zou staan de door meerderen te dragen gevolgen eener onrechtmatige handeling op slechts één of enkelen hunner af te wentelen (…)”. 
 
 
 
 
Een ander voorbeeld.

Wanneer je door een andere bestuurder van achteren wordt aangereden en zoveel last hebt van je nek dat je niet meer kunt werken, zal jouw verzekeraar bepaalde inkomsten moeten dekken. Jouw werkgever moet jou in geval van ziekte loon doorbetalen tot het einde van de arbeidsovereenkomst. (Zelfstandig verhaalsrecht op grond van 6:107a lid 2 BW).  
 
Als je langer ziek bent zal je na afloop van je arbeidsovereenkomst een beroep kunnen doen op de ziektewet bij het UWV. Daardoor krijgt het UWV een zelfstandig regresrecht op A en B op grond van artikel 50a Ziektewet. Na verloop van tijd loopt het recht op de ziektewet af en zal het UWV jou een arbeidsongeschiktheidsuitkering toekennen op basis van de WIA. Daardoor ontstaat voor het UWV een zelfstandig regresrecht op de daders op grond van artikel 99 Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen. 
 
Los van de arbeidsinkomsten moet ook de casco-verzekeraar de schade aan jouw auto vergoeden en de zorgverzekeraar de medische kosten betalen. Al deze personen die schade vergoed hebben, hebben de schade niet aangericht. Dat heeft die andere bestuurder(s) gedaan. C heeft A aansprakelijk gesteld voor zijn schade. A heeft de volledige schade van C moeten betalen en heeft nu een vordering op B als mededader op grond van 6:10 lid 2 jo. 6:102 BW.  Kunnen zij de schade die zij hebben moeten vergoeden door zijn toedoen verhalen op hem of zijn verzekeraar? 
 
Deze partijen kunnen het deel van de schade dat zij hebben betaald en dat anders door de schadeveroorzaker zou moeten worden betaald, verhalen op de schade veroorzaker. De wettelijke grondslag voor dit regres is gelegen in subrogatie of een zelfstandig wettelijk verhaalsrecht.

Verjaring

Bij regres, subrogatie en zelfstandige verhaalsrechten kunnen de algemene regels van verjaring als leidraad worden gebruikt. Dit houdt in dat de vordering vijf jaar na het aanvangsmoment niet meer rechtsgeldig afgedwongen kan worden. De termijn gaat in op het moment dat betaald wordt aan de bank, het slachtoffer of de benadeelde.